12 mei 2020

‘Pensioenakkoord in afrondingsfase’

“We zijn nog niet klaar, maar we naderen wel de afrondingsfase.” Dit zegt Tuur Elzinga, vicevoorzitter van de FNV, over de laatste stand van zaken rondom het vorig jaar gesloten pensioenakkoord.

De afgelopen periode is er volgens Elzinga veel bereikt rond het pensioenakkoord. “Daar zijn we trots op,” benadrukt hij. “We zijn er nog niet en niet alles is al helemaal uitgewerkt. Maar wat er nu ligt, lijkt voorlopig in grote lijnen op wat we voor ogen hadden toen we het pensioenakkoord sloten en dat is alleen gelukt door de inzet van alle leden, de kaderleden en de werkorganisatie. Nu wordt er gerekend om dat ook met harde cijfers te kunnen staven. Vanzelfsprekend nemen we pas een besluit als we zeker weten dat we de gestelde doelen kunnen behalen. Samen staan we sterk en een goed pensioen is een kwestie van fatsoen!”

Klankbordgroepen
Elzinga verduidelijkt dat er voor de drie belangrijkste pensioenonderwerpen – de uitwerking van het aanvullend pensioen met indexatieperspectief; AOW en eerder stoppen én pensioen voor iedereen – binnen de FNV zogeheten klankbordgroepen zijn ingericht. Voor elk specifiek onderwerp is er een klankbordgroep met bestuurders én een klankbordgroep met kaderleden. Alle sectoren zijn op dit proces aangesloten. “We hebben deze klankbordgroepen steeds geïnformeerd over de voortgang en en de uitwerking,” licht Elzinga toe. “In deze klankbordgroepen hebben we knelpunten uit de dagelijkse praktijk opgehaald. Tevens is het ledenparlement van de FNV regelmatig bijgepraat over de laatste ontwikkelingen rond de uitwerking van het pensioenakkoord. Op hoofdlijnen lijken we nu tot een afronding te komen.”

Afspraken
Over de drie hoofdonderwerpen van het pensioenakkoord: een toekomstbestendige tweede pijler (met meer perspectief op indexatie), AOW en eerder kunnen stoppen met werken en de aanpak van ‘witte vlekken’ (werknemers zonder pensioen), lijkt de FNV volgens Elzinga tot de volgende afspraken te komen. Wat betreft de toekomstbestendige tweede peiler voor aanvullend pensioen, waarbij eerder geïndexeerd kan worden, is dat:

  • De doorontwikkeling van een nieuw contract: er komt een stelselaanpassing met een nieuw pensioencontract. De uitgangspunten zijn daarbij behoud van collectiviteit, solidariteit en verplichtstelling. Het nieuwe pensioencontract is minder afhankelijk van de rekenrente waarvan het huidige stelsel zo veel last heeft. Er wordt nog steeds collectief belegd om zo veel mogelijk rendement te halen voor alle deelnemers en iedereen zo eerlijk mogelijk te laten meedelen in de rendementen.
  • De compensatie voor het afschaffen van de doorsneesystematiek. In plaats van de doorsneesystematiek blijft de premie voor alle deelnemers hetzelfde, maar zal het verwachte pensioen voor jongeren relatief sneller toenemen. Dit komt doordat de premies van jongeren langer kunnen worden belegd. Het afschaffen van de doorsneesystematiek levert winst op, maar de overgang van het oude stelsel naar het nieuwe stelsel geeft een relatief nadeel voor sommige groepen werkenden. Er worden afspraken gemaakt over hoe dit nadeel voor die groepen moet worden gecompenseerd.
  • De transitie naar een nieuw contract: als we iedereen willen laten profiteren van het nieuwe stelsel moeten de al opgebouwde pensioenrechten worden omgezet naar rechten in het nieuwe systeem. Dat moet natuurlijk zo evenwichtig mogelijk gebeuren, zodat alle generaties van jong tot oud daarvan evenveel profijt hebben. Daarvoor worden waarborgen afgesproken.
  • De uitlegbaarheid/uitvoerbaarheid: het is belangrijk dat het nieuwe stelsel uitlegbaar is. Iedereen moet kunnen snappen waarom dit gebeurt, hoe het gebeurt en wat het betekent voor iedere deelnemer. Het is ook belangrijk dat het nieuwe stelsel uitvoerbaar is: pensioenfondsen moeten ermee uit de voeten kunnen en het moet passen binnen de ICT-systemen.

AOW-leeftijd
Als het gaat om de AOW-leeftijd en het eerder kunnen stoppen met werken, dan is dit de laatste stand van zaken:

  • De AOW-leeftijd stijgt dankzij het pensioenakkoord veel minder snel naar 67 jaar.
  • Als de levensverwachting in de toekomst stijgt, stijgt de AOW-leeftijd voortaan minder snel mee. Een toename van de zogenaamde levensverwachting met 12 maanden leidt niet meer tot 12 maanden langer werken. Voortaan betekent 12 maanden langer leven, 8 maanden langer werken en 4 maanden langer pensioen. Als de levensverwachting niet stijgt (bijvoorbeeld als gevolg van de coronacrisis), neemt de AOW-leeftijd dus ook niet verder toe.
  • Er komt een regeling waarbij sociale partners in de cao’s afspraken kunnen maken over mensen met zware beroepen. Zij kunnen voortaan weer drie jaar voor hun AOW-leeftijd met pensioen. Omdat je dan nog geen AOW-uitkering krijgt, moet de werkgever een uitkering verstrekken die dat compenseert. Daar bovenop kan iedereen zelf nog aanvullen uit de eigen pensioenregeling of uit gespaard verlof.
  • Je mag voortaan 100 weken verlof sparen (was 50 weken).
  • De komende jaren is er € 800 miljoen beschikbaar voor duurzame inzetbaarheid en knelpunten bij zwaar werk en eerder kunnen stoppen.
  • Op de pensioendatum kan een bedrag van maximaal 10% ineens worden opgenomen.
  • De FNV onderzoekt momenteel of de AOW na 45 dienstjaren uitvoerbaar is.

Pensioen voor iedereen
Wat betreft ‘pensioen voor iedereen’: ZZP/flex en witte vlekken, is dit het laatste nieuws:

  • ‘Witte vlekken'. In het pensioenakkoord is aangegeven dat er een aanvalsplan moet komen voor de witte vlekken. We spreken van witte vlekken als een werknemer ( dus iemand in loondienst) geen pensioen opbouwt. Uit analyses blijkt dat het voor werknemers lang niet altijd duidelijk is dat ze tot de witte vlek behoren en dus geen pensioen opbouwen. De informatie hierover moet dus veel duidelijker worden. In het plan worden werkgevers opgeroepen om pensioenregelingen te introduceren, worden werknemers opgeroepen om zich goed te informeren en het gesprek aan te gaan over het introduceren van een pensioenregeling. Voor zover er barrières zijn om tot een pensioenfonds toe te treden, wordt opgeroepen om die te slechten.
  • ZZP en de Arbeidsongeschiktheidsverzekering. Eerder dit jaar is er binnen de Stichting van de Arbeid een akkoord bereikt over dit onderwerp. Het akkoord zorgt ervoor dat voor alle ZZP’ers een verzekering tegen arbeidsongeschiktheid tegen een redelijke prijs beschikbaar komt. Het akkoord moet nog worden omgezet in wetgeving.
  • ZZP’ers moeten gemakkelijker kunnen aansluiten bij een pensioenfonds.

De Stuurgroep kwam op 8 mei 2020 bijeen. Doel van deze samenkomst was om zoveel mogelijk knopen door te hakken over nog openstaande punten. De laatste discussiepunten worden vervolgens besproken in de werkverbanden en met de klankbordgroepen. Ook wordt de Pensioencommissie van het FNV-ledenparlement bijgepraat over de laatste ontwikkelingen. Tijdens een landelijk webinar ‘Pensioen’ worden de FNV-leden op 14 mei geïnformeerd over de laatste stand van zaken. De uitkomsten worden medio volgende maand besproken in het ledenparlement.