‘Vrijwilligerswerk en verenigingen zijn essentieel voor de samenleving’
Daniël van den Berg (26) woont in Huizen en is na zijn opleiding tot onderofficier op Schiphol gaan werken. Hier werkt hij sinds zo’n drie jaar op de brigade grensbewaking. In die rol is hij ook contactpersoon voor de MARVER.
Ik ben oktober 2013 opgekomen, januari 2015 rondde ik mijn opleiding af. ‘Ik vind grensbewaking zó’n essentieel onderdeel van onze staatsveiligheid dat ik daar heel graag een bijdrage aan wil leveren. Ik ben inmiddels praktijk leermeester en heb een aantal neventaken, waarmee ik wat meer bij kan dragen op een groter vlak. Zo begeleid ik een vrouw in het kader van de pilot ‘Adaptief aan de grens’, het nieuwe project van de KMar, met burgermedewerkers.’
‘Op een gegeven moment las ik ergens de oproep van de MARVER, waarin ze contactpersonen zochten. Dat leek me ook een heel leuke uitdaging. Ik vertegenwoordig graag mensen en beantwoord graag vragen van collega’s. Op het gebied van rechtspositie of salaris bijvoorbeeld, of als er iets met verlof uitgezocht moet worden. Ik vind het interessant en m’n collega’s weten me altijd wel te vinden. Toen de functie van contactpersoon vrijkwam dacht ik: ‘Dat sluit er mooi op aan.’
‘Op een bepaald moment kwam de vacature voor het hoofdbestuur van de MARVER voorbij. Ik zag m’n kans schoon en heb me aangemeld. Ik wil heel graag een vertegenwoordiging voor de leden zijn.’
‘Ik wil me graag dienstbaar opstellen, vandaar dat ik ook bij de KMar werk. Ik doneer ook plasma en bloed, zo’n twintig keer per jaar. Het geeft mij een goed gevoel om iets voor een ander te kunnen betekenen. De maatschappij zijn we allemaal samen, en daar moeten we allemaal aan bijdragen. Zaken als vrijwilligerswerk en verenigingen zijn essentieel voor de samenleving. Ik vind dat ik me daarvoor moet inzetten.’
‘De onderwerpen waar ik me het liefst over zou buigen zijn zaken die effect hebben op de jongere laag van de werkvloer. Pensioenen zijn belangrijk, de MARVER vertegenwoordigt een grote groep ouderen. Maar ik denk dat nu echt eens de focus moet liggen op de jongere werknemers. Het is moeilijk om jongeren aan te trekken en vooral te behouden bij de KMar. En er moet op arbeidsvoorwaardelijk gebied veel veranderen. Bijvoorbeeld het salaris, de reiskostenvergoeding en de toelage voor de onregelmatige dienst, die moet écht omhoog om concurrerend te blijven met de arbeidsmarkt. Er moet kritisch gekeken worden naar de projecten die nu worden opgestart en waar veel weerstand tegen is. Zoals bijvoorbeeld ‘Adaptief aan de grens’. En we moeten vooruitkijken: zijn er andere projecten, zoals Frontex bijvoorbeeld, het Europese grensbewakingsagentschap. Zij gaan fors uitgebreid worden. Daar komen vraagstukken voor de vakbonden in te liggen. Dat lijkt me een mooie focus.’