28 april 2016

Telefilm Kamp Holland: Levensecht inkijkje in missie

Kamp Holland is een uiterst realistische film over de missie in Uruzgan. Dat is ook te danken aan de inzet van defensiemedewerkers. Zo levensecht waren de voorbereidingen, dat sommige acteurs er zelfs nachtmerries van kregen.

Al vanaf het begin van de telefilm Kamp Holland heb je het gevoel alsof je er zelf bij bent in Uruzgan. Zo realistisch is de entourage, zo geloofwaardig spelen de acteurs. Het verhaal in het kort (zonder spoilers): als een eenheid in het donker op patrouille gaat ontploft er een bermbom onder een MB (standaard leger jeep). Het gevaar is dan nog niet geweken want er liggen wat Afghanen op de loer, waarschijnlijk Taliban. Als een van hen dichtbij komt, moet korporaal Postma in een split second beslissen of hij zal schieten of niet. Hij schiet, maar had zijn sergeant er nu wel of niet toestemming voor gegeven?

Dit voorval zet de onderlinge loyaliteit zwaar onder druk, zeker na ondervraging van Postma en zijn sergeant (Mulder) door twee KMar-collega’s. Kamp Holland schetst hiermee een goede weergave van de enorme impact van een schietincident. En de complexiteit ervan. Het is ook een heftige film. Een Uruzgan-veteraan die meewerkte aan de film vertelde de regisseur dat er een serieuze waarschuwing aan PTSS’ers moet worden gegeven: zorg ervoor dat je goed voorbereid bent als je gaat kijken. Zo realistisch en op de huid gefilmd is Kamp Holland dus.
Hoe te salueren

Met het halve budget van een speelfilm een film maken waar ook Defensie zelf van onder de indruk is, dat is een topprestatie. Allereerst waan je je als kijker echt in Uruzgan, maar bijzonder is ook dat de acteurs overkomen als echte militairen. Hoe kregen regisseur Boris Paval Conen en zijn collega’s dit voor elkaar? Boris: “Hoewel ik veel research deed, is de wereld van Defensie niet iets waar je gemakkelijk zicht op krijgt. Hoe ze met elkaar omgaan, hoe ze denken. Normaal vertellen militairen alleen over opvallende dingen, maar niet over het alledaagse. Zoals: hoe salueer je, hoe draag je je wapen, hoe spreek je iemand aan.” Maar daar kwam een lumineuze oplossing voor: een tweedaagse bootcamp. Daar leerden de acteurs van een echte militaire instructeur, ook een Uruzgan-veteraan, hoe te marcheren, hoe een geweer te dragen, en nog veel meer.

Ondergaan
Boris: “Je kunt niet zeggen: ik speel dat ik een soldaat ben. Sommige dingen kun je alleen maar ondergaan; je moet ze voelen.” Een veelzeggend incident speelde zich af toen op een gegeven moment iedereen zijn tas moest inpakken. “Toen er een aantal eerder klaar waren en even gingen chillen, werden ze terechtgewezen. Iedereen was pas klaar als het hele team klaar was.” Dat voorval was bevorderlijk voor de juiste mindset.

Hoofdrolspeler Matthijs van de Sande Bakhuyzen, die korporaal Postma speelt, ziet er in de film afgetraind uit. Boris: “Hij heeft, net als Laurens van de Akker trouwens (sergeant Mulder) heel wat afgezien. Door hun inzet kregen ze het respect van de militairen.”

Kleipoeder
Ook de entourage werkte goed mee. Van Defensie konden de filmmakers gebruik maken van ‘De Verzamelplaats’ aan het Zeisterspoor. Boris: “Alleen al het feit dat we daar überhaupt mochten zijn, op een plek met oude YPR’s, vrachtwagens, jeeps en containers, was geweldig.” De locatie maakte het een stuk makkelijker om Kamp Holland na te bouwen. “Geld hebben we van Defensie niet gekregen, maar zonder Defensie hadden we de film nooit kunnen maken. Want dan hadden we bijvoorbeeld nooit een Bushmaster kunnen laten rijden, en dat was op zich al onwaarschijnlijk mooi. De EOD liet ons verlengde jeeps gebruiken, ook bliezen ze speciaal voor ons een wrak op van het voertuig dat in de film door een bermbom wordt getroffen. Ze gebruikten twee kilo explosief als equivalent van een bermbom. Het effect was schrikbarend. Het ging ons niet zozeer om de explosie zelf, maar om het resultaat van zo’n bom realistisch weer te kunnen geven. Om het ietwat ‘stoffige’ karakter van Afghanistan na te bootsen werden voertuigen bespoten met kleipoeder. Dat was ook de wijze waarop veel van de voertuigen in Uruzgan hun ‘desert’-kleur kregen.

Aanzuigende werking
Het mooie was dat de opnamen van de film op de locatie aan het Zeisterspoor volgens Boris ‘een aanzuigende werking hadden op Uruzgan-gangers.’ “Zij begonnen mee te helpen.” En zo gebeurde het dat militair adviseur Tom onbezoldigd als adviseur mee naar Spanje ging omdat hij ons zo goed geholpen had met het geven van informatie. .Zo enthousiast en gedreven was de man, dat hij onbezoldigd meeging naar opnamen vlakbij Alicante. Sterker nog, hij nam er verlofdagen voor op. En zo waren er meer militairen die zich in hun vrije tijd hebben ingespannen om van Kamp Holland een levensecht inkijkje in een missie te maken. Dat deden ze door mee te werken of op de set te figureren. “We zijn onder de indruk geraakt van de werkmentaliteit van de soldaten. Het gaat ze om het doel als geheel. Dus niet mutsen, maar recht ervoor gaan.”

Mortuarium
Meer en meer werd de set bij het Zeisterspoor een geslaagde nabootsing van de werkelijkheid. Zo werd in een hangar-achtige ruimte waarin een mortuarium was nagebouwd een lijkkist neergezet voor een overleden militair. Boris: “Dat was zó levensecht dat sommige mensen er echt moeite mee hadden.” De film begon steeds meer te leven bij de militairen. Ook achteraf bleken veel militairen de film als zeer realistisch te beschouwen. De viewing voor twee ‘hooggeplaatste militairen’ vond Boris van tevoren best spannend, Ze keken of het leger realistisch neergezet wordt. Ze begonnen na afloop met: ‘Ja Boris, toen we met het script begonnen had jij een voorstelling van hoe de film eruit zou komen te zien.’ Ik dacht toen: oei. Maar ze vervolgden met: ‘Nou, dat is helemaal gelukt.’ Later vertoonden we Kamp Holland in een zaal met bijna negentig man die allemaal bij de film betrokken waren geweest. Hun reactie vond ik nóg belangrijker. Gelukkig waren ze méér dan positief.”

Een ander productioneel mazzeltje was de vondst van een set bij Alicante in het zuiden van Spanje, die werd gebruikt voor een in de film – schokkende- patrouille door een Afghaans dorp. Boris: “Deze locatie was speciaal gebouwd voor de bijbelfilm Exodus van regisseur Ridley Scott en kon voor twee dagen worden gehuurd. Het dorp zag er heel realistisch uit, terwijl je aan de achterkant een stalen frame met hout en gips zag.”

Split second
Het idee van de film komt van twee acteurs, Leopold Witte en Geert Lageveen, die zelf overigens niet in Kamp Holland meespelen. Zij hadden het gelijknamige theaterstuk Kamp Holland geschreven (ze zijn zelfs in Kamp Holland - in Uruzgan - geweest als research voor hun theaterstuk), en al doende hoorden ze zoveel verhalen dat er als spin off een idee voor een film ontstond. Boris ging ermee aan de slag voor het script. Het is een hard, maar ook eerlijk verhaal. “Ik wou de werkelijkheid ook niet versimpelen maar vertellen hoeveel consequenties het heeft als er iemand neergeschoten wordt. Ik wilde juist laten zien hoeveel méér complex de werkelijkheid is.” De rules of engagement, zo vervolgt Boris, worden opgesteld door de politiek, maar de praktijk is anders en dat levert een spanningsveld op. Je moet je eigen individualiteit ondergeschikt maken aan de groep. Een beslissing moet je in een split second nemen. Wat moet je doen met je politiek opgelegde opdracht in relatie tot wat mogelijk is? Je kunt niet voor iedere kogel naar Den Haag bellen.”

Kamp Holland wordt zondag 22 mei uitgezonden om 20.30 bij NPO3. Cast: Matthijs van de Sande Bakhuyzen, Yannick van de Velde, Hajo Bruins, Jochum ten Haaf, Lourens van den Akker, Huub Smit, Carolien Spoor, Majd Mardo. Regie: Boris Paval Conen, scenario: Boris Paval Conen, naar een idee van Geert Lageveen en Leopold Witte, producent: KeyFilm, omroep: EO.